8o2
30 DECEMBER 1921.
heer C e r u 11 i niet te noodzaken zulks te doen, voeg ik
er aan toe, dat ons al bekend is, dat hun beginselen vervat
zijn in den eed, dien zij hier hebben afgelegd. Mijnheer de
Voorzitter, ik heb wd niet den eed maar toch de
belofte afgelegd, Beider inhoud is hetzelfde. Ik heb er geen
beginselen uit kunnen putten.
Stap ik van de Schaepmannianen af, dan kom ik allereerst
tot den heer Kluft, Mijnheer de Voorzitter, deze is
begonnen met een vraag, namelijk of ik dacht, dat ik alleen
algemeene beschouwingen zou houden. Nu, Mijnheer de
Voorzitter, ik wil daarop antwoorden: natuurlijk niet,
daar ik overtuigd was, dat de heer Kluft ook wel van de
partij zou zijn. De heer Kluft, Mijnheer de Voorzitter,
heeft zich beklaagd, dat hij bij het bezoeken van een ge
meentewerk, waarop „verboden toegang" stond, is opgesloten.
Mijnheer de Voorzitter, als dat alles is, dan is de heer
Kluft er nog goed afgekomen. Hij had evengoed wegens
huisvredebreuk in de doos kunnen gaan de R. K. Reclas-
seering had er aan te pas kunnen komen en dan zou het
mij gespeten hebben, dat ik in de vorige vergadering tegen
die subsidie had gestemd. Maar in ernst, Mijnheer de V o o r«
z i 11 e r, de heer Kluft sprak daar gisteren over, ons kan
hij te dien aanzien geen verwijt maken. Wij waren bereid
onze stem te geven, mits van den kant van de partij van
den heer Kluft de toezegging kwam, dat zij alle schapen
over één kam zou scheren. Zulks is niet geschied dus konden
wij er er niet vóór stemmen.
Nu de rede van den heer B o g m a n s. Deze zal mij toch
wel willen permitteeren, dat ik eene kleine vergissing, gisteren
door hem begaan, recht zet. De heer B o g m a n s zeide,
dat de heer Oostvogels van den stal van Van Mier 1 o
is gegaan naar den stal van Dr. B o s s e r s. Mijnheer de
Voorzitter, door den heer B o g m a n s zal zeker zijn
bedoeld de garage van dr. B o s s e r s. Verder heeft de
heer B o g m a n s een paar opmerkingen gemaakt betref
fende het Centraal Rapport. Ga ik na, dat dit slechts een