30 DECEMBER 1921. 809 om onze bezwaren op verschillende punten kenbaar te maken, doch ten einde bij de behandeling der begrooting de debatten niet nutteloos te rekken besloten wij dit in verkorte zinnen in een rapport neer te leggen in de hoop (aan welke ons nog ten slotte steun werd toegezegd), dat aan onze bezwaren in het Centraal Rapport alsnog de noodige aandacht zou worden geschonken. Pertinent werd hierbij door mij verklaard, dat evenals dit in het Centraal Rapport geschiedt geen van beiden hoofdelijk aansprakelijk was voor den geheelen inhoud van dit rapport. Hoe dus mijn medelid Bogmans er toe komt naar aanleiding [van dit rapport zijn aanval op mij te richten, is mij onverklaarbaar. Bedoeld medelid moest toch weten, dat een dergelijke aanval een indiscretie plegen is op hetgeen in de afdeelingen wordt ter sprake gebracht en weergegeven in het Centraal Rapport. Immers het rapport B o s s e r s- Oostvogels had geen andere strekking of beteekenis als weer te geven wat in een afdeeling tot onderzoek der begrooting wordt te berde gebracht. Van vergissing van de zijde van mijn medelid Bogmans kan geen sprake zijn, aangezien ik het hem persoonlijk op duidelijke wijze heb uiteengezet in de leeskamer en kan ik zijn handelwijze in deze dan ook niet anders als zeer misplaatst beschouwen. Zijn insinuatie, als zoude ik heulen met den wolf waarmede ik in het bosch ben, alsmede zijne herinnering aan mijn manifest, waarin o.m. voorkomt,,het beste paard van stal" en ,,de paardenwesp", wil ik in zooverre aan de vergetelheid prijsgeven, dat ik te dien aanzien slechts wensch op te merken, dat juist dit manifest aan den heer Bogmans den zetel bereidde, dien hij in den Raad thans nog inneemt. En hiermede eindig ik mijne toelichting omtrent het ontstaan van het rapport B o s s e r s-O ostvogels, den heer Bogmans opmerkende, dat ik vermeen in den Raad te zetelen om het algemeen belang te' dienen en dat ik alle persoonlijke aanvallen zal beschouwen als politieke

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 809