Antwoord In onderzoek is in hoeverre de kosten der Burgerwacht te beperken zijn. Daaromtrent heeft overleg plaats met het Bestuur. Ons College is van meening, dat voor opheffing geen aanleiding is. Het ledental bedroeg op 15 December jl. 651 en loopt niet abnormaal terug. De rekening over 1921 zal aan U worden medegedeeld. Mevrouw NEVE-REINTJES stelt voor, dezen post te schrappen. Er is geld genoeg besteed aan het soldaatje spelenwij moesten de Burgerwacht nu maar afschaffen. De heer OOST VOGELS onderschrijft ten volle de woorden van mevrouw N e v e. Spr. vindt het bestaan van de Bur gerwacht een boon der Bredasche burgerij aangedaan; Breda is niet revolutionnair. Volgens spr. is de Burgerwacht een club van menschen, die gaarne schieten. Het is echter nog de vraag of bij het uitbreken van oproer de geweren wel in éénzelfde richting zouden schieten, want/een geweer in de handen van een burgerwachter jtoht opr/ even gevaarlijk als een scheermes in de handen van een aap. Spr. hoopt dan ook, dat de hellebaarden dier strijders weldra zullen rusten oen liuiin nannt hot nchooiorchuyy De heer HAALMAN is er ook voor om den post te schrappen. De heer CLEMENT is het niet eens met de vorige spre kers, doch vindt wel, dat bezuinigd kan worden op het salaris van den Commandant, hetwelk thans f 1300 bedraagt. Voorts wijst spr. op het feit, dat het bestuur van de Burger wacht onlangs een bediende heeft ontslagen met behoud van een half jaar salaris het gaat volgens spr. niet aan, dat dit bestuur zoo met de gelden smijt. De heer OOSTVOGELS Het betrof nog wel een dienst weigeraar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 859