30 DECEMBER 1921. digt spr. notaris Verschraage voor de honderden guldens, welke deze jaarlijks aan de Burgerwacht ten koste legt. De heer OOST VOGELS Daarom mag zij Breda nog geen f 3500 kosten De heer MOLL vindt dat bedrag werkelijk niet zoo hoog, wanneer men in aanmerking neemt, dat daarvoor 600 man een goede schietopleiding ontvangen. Bovendien wil het bestuur bezuinigen. De heer KORTEWEG is er niet voor om de Burgerwacht op te heffen, maar is het eens met den heer Clement, dat het tractement van den Commandant verminderd kan worden een jaarwedde van f 1300 voor een halven dag dienst per week, acht spr. te hoog. Mevrouw NEVE-REINTJES zegt, het verschrikkelijk te vinden van Christelijke zijde het voortbestaan der Burger wacht te hooren verdedigen omdat de menschen er goed leeren schieten. Voorts verklaart spr. het belang van dit instituut voor de gemeente Breda niet in te zien, derhalve vindt zij dezen post een onnoodige uitgave. Dat notaris Verschraage daarvoor zooveel geld beschikbaar stelt, moet hij zelf weten, misschien heeft hij er belang bij. De VOORZITTER merkt op, dat men in Rusland den menschen ook wel leert schieten. Ook in Duitschland en elders trachten de partijgenooten van Mevr. N e v e eene behoorlijke bescherming, van wapenen voorzien, in stand te houden. De heer HAALMAN U weet wel, dat wij even fel tegen over Rusland staan als U Voorts wijst spr. op het voor beeld van tal van gemeenten, waar de subsidiepost voor de Burgerwacht is geschrapt. Spr. vindt de Burgerwacht uit een oogpunt van gemeentebelang beschouwd dan ook abso luut overbodig. De kwestie van de landsverdediging is een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 861