882 30 DECEMBER 1921. Het komt 011s niet wenschelijk voor den Belcrumpolder in eigen beheer te nemen om op die manier zelf voor hooi enz. te zorgen. Wij erkennen de gegrondheid der klacht over den slechten toestand waarin de woning van den stalknecht verkeert. Maatregelen zullen worden genomen om hierin verbetering te brengen. De heer HAALMAN dringt aan op het nemen van maat regelen om de hooge kosten van den Reinigingsdienst te verlichten. Op dit gebied zou wellicht eens een onderzoek zijn in te stellen in andere gemeenten, opdat een voordeeliger systeem worde gevonden. De heer MOLL verklaart, dat een en ander de volle aan dacht zoowel van Burgemeester en Wethouders als van de Reinigingscommissie heeft. Men is voornemens te bezuinigen door het personeel, hetwelk op pensioen wordt gesteld, niet aan te vullen en zoodoende tot inkrimping te geraken. De heer MEIJVIS hoopt, dat de woning van den stalknecht thans spoedig zal worden verbeterd. De VOORZITTER verwijst in deze naar het antwoord van Burgemeester en Wethouders op die vraag in het Cen traal Rapport. De heer SCHRAUWEN herinnert er aan, dat de Raads leden indertijd persoonlijk van den toestand, waarin bedoelde woning verkeert, hebben kennis genomen en dat men toen oordeelde, dat die toestand geen dag en geen uur langer mocht worden bestendigd. De post wordt alsnu zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Hoofdstuk VII wordt zonder bedenking goedge keurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1921 | | pagina 882