98
25 FEBRUARI 1921.
heer Bay ings niet aangenaam is, de lokalen van de
Ambachtsschool boven zijn tegenwoordige woning te hebben
en spr. is er dan ook zeer vóór dat de heer B a y i n g s
een andere woning krijgt. Momenteel doet zich echter de
kwestie voor, dat aan. het bureau voor Openbare Werken
zeer veel arbeid moet worden verricht de agenda voor
deze vergadering kan daarvan getuigen deze werkzaam
heden kunnen bij de tegenwoordige indeeling der bureau
ruimte niet behoorlijk worden voortgezet en het is daarom,
dat het College heeft gemeend de oplossing van deze kwestie
te moeten zoeken in de richting, als het onderhavig voorstel
aangeeft. Spr. hoopt echter, dat ook voor den heer Bay i ngs
zeer spoedig een nieuwe woning zal worden gevonden.
De heer HAALMAN vraagt of het kantoorpersoneel bij
Openbare Werken in den laatsten tijd zoodanig is uitgebreid,
dat een verruiming van bureau-localiteit als de voorgestelde
daardoor gemotiveerd is.
De heer LIjDSMAN deelt mede, dat de toestand te dien
opzichte reeds lang slecht isbovendien zijn er in den
laatsten tijd 2 a 3 werkkrachten bijgekomen.
De heer KORTEWEG zegt, dat de toestand bij gemeente
werken 20 jaar geleden juist zoo was als nu. Laat men ge
durende den korten tijd, dat de heer de Wolf nog in
gemeente-dienst werkzaam is, voor noodhulp een directie
keet op de werf zetten, deze kan later als noodwoning
dienst doen.
De heer LIJDSMAN zegt, dat daar ter plaatse geen ruimte
voor is, doch dat nu reeds bij elk uit te voeren openbaar
werk een keet wordt gezet, zoodat een gedeelte van het
personeel daarin een tijdelijk onderdak vindt.
De VOORZITTER vraagt den heer Lij ds man of het
huis aan de Karnemelkstraat zoodanig kan worden gesplitst,