IOO
20 MAART 1922.
nemelkstraat niet aan hare bestemming behoeft te
worden onttrokken en
30. dat, ook naar het oordeel van den directeur van
openbare werken, door deze verandering voldoende
ruimte wordt verkregen in het gebouw aan de Kar-
nemelkstraat.
Hierbij zij opgemerkt, dat deze splitsing geen uitbreiding
van personeel zal tengevolge hebben.
Daarenboven zal die splitsing ertoe leiden, dat tal van
zaken, zooals aanvragen om bouwvergunningen, hinderwet-
aanvragen, verzoeken tot het aanbrengen van zonneschermen,
uithangborden en dergelijke, rechtstreeks met den chef van
het bureau van den woningdienst zullen kunnen worden af
gehandeld, hetgeen aan eene vlugge afdoening van zaken
slechts zal ten goede komen.
Wij hebben de eer U derhalve voor te stellen ons te
machtigen de hiervoor bedoelde localiteiten van de school
in de Eindstraat voor den dienst van openbare werken te
doen inrichten en ons daarvoor het noodige crediet toe te
staan."
De heer OOSTVOGELS vraagt of het niet beter zou zijn
den dienst van Openbare Werken in zijn geheel in de Karne-
melkstraat te laten en den heer De Wolf naar de woning
in de Halstraat te doen verhuizen. Spr. is bevreesd, dat,
wanneer het in de bedoeling ligt dezen dienst te splitsen,
er dan weer een nieuwe kolonie ambtenaren zal ontstaan.
De heer HORNIX moet zijn bevreemding er over uitspre
ken, dat de Bouwcommissie in deze niet is gekend. De heer
De Wolf blijft maar in de Karnemelkstraat zitten, of
schoon destijds is beweerd, dat de eenige oplossing zou zijn
als deze zijn woning verliet en dat de Directeur niet langer
meer de verantwoordelijkheid van den toestand wilde dragen.
Spr. gelooft, dat de verplaatsing van een deel van den dienst
naar de lokalen aan de Eindstraat op den duur wel meer
kosten zal meebrengen als het daar een aparte dienst wordt,