IO 30 JANUARI 1922. De heer KORTEWEG dringt, nu toch de groote behoefte aan een modern badhuis gebleken is, aan om spoedig tot oprichting daarvan over te gaan de kosten zijn slechts f 10.000. De VOORZITTER gelooft, dat de heer Korteweg die kosten wel wat onderschatspr. denkt, dat zoo'n inrichting op 20 a 30 duizend gulden zal komen. Voorts geeft hij in overweging het adres te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders om prae-advies. Daartoe wordt besloten. 10. Adres van het Comité ter bevordering van Genees kundig Onderzoek vóór het Huwelijk, verzoekende aan hen, die huwelijksaangifte doen, door den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand een propaganda-geschrift te doen uit reiken. De VOORZITTER stelt voor, dit adres voor kennisgeving aan te nemen. Aldus wordt besloten. 11. Adres van J. v a n Poppel, alhier, daarbij ontheffing verzoekende van art. 14 der bouwverordening voor deze ge meente ten behoeve van den bouw eener bergplaats op een open terrein, gelegen tusschen de Spoorstraat en den Aca demiesingel. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezondheid commissie en den directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wethouders om de ge vraagde ontheffing te verleenen onder de daarbij aangegeven voorwaarden. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde uitzondering toe te staan onder de volgende voor waarden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 10