J. 24 APRIL 1922. 173 het is maar één school, die van de bestaande subsidie-rege ling bezwaar ondervindt. De heer HORN IX Maar die school is dan toevallig het slachtoffer Den heer KORTEWEG bevreemdt het, dat het schoolbe stuur niet bekend was met de betrekkelijke verordening en dat, toen het er mede bekend was, het niet is gekomen met een opgaaf van de kinderen, wier ouders het schoolgeld niet kunnen betalen. Spr. zou alleen willen subsidieeren voor de kinderen wier ouders of verzorgers niet in staat zijn het schoolgeld te betalen. De VOORZITTER antwoordt, dat het aantal dier kinderen thans niet is vast te stellen. Ook ligt zulks niet in de be doeling der verordening. Subsidie wordt naar de bedoeling alleen toegekend aan die bewaarscholen, waar toch in zekere mate kinderen zijn, wier ouders of verzorgers niet in staat jf* zijn het schoolgeld te betalen. De heer COHEN stelt voor, de zaak aan te houden en nader te onderzoeken. De VOORZITTER meent, dat de zaak reeds goed onder zocht is. Het College van Burgemeester en Wethouders is unaniem van oordeel, dat het verzoek zoozeer afwijkt van het principe, waarvan de verordening uitgaat, dat daarop niet kan worden ingegaan. Het lijkt spr. het beste toe thans over het prae-advies te stemmen. Wordt dit aangenomen, dan kan het schoolbestuur altijd nog met nieuwe voorstellen komen, hoewel, wij aan deze uitnoodiging geenerlei toezeg ging kunnen verbinden. Het prae-advies van Burgemeester en Wethouders wordt daarop zonder hooldelijke stemming aange nomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 173