i8o
24 APRIL 1922.
De heer VAN ZWEDEN acht deze kwestie belangrijk
genoeg om niet ineens accoord te kunnen gaan met het
prae-advies. Hij is van meening, dat, wanneer het verzoek
van het Kruisverbond wordt ingewilligd, ook aan de andere
drankbestrijdersvereenigingen subsidie moet worden toege
kend spr. vindt dat echter geen bezwaar. Hij wil dan ook
voorstellen, ten behoeve van vereenigingen, welke de drank
bestrijding ten doel hebben, jaarlijks beschikbaar te stellen
een bedrag van f 500,pondspondsgewijze te verdeelen
naar het ledental.
De heer OOSTVOGELS verklaart, het verzoek van het
Kruisverbond niet te kunnen steunen zoolang er in den
Katholieken Kring en den Sint Joseph-kring sterke drank
wordt geschonken.
De heer COHEN merkt den heer Oostvogels op, dat
het niet aangaat, het Kruisverbond daarvoor aansprakelijk
te stellen, misschien heeft dit reeds moeite genoeg gedaan
om het verstrekken van sterken drank in de door den heer
Oostvogels genoemde localiteiten tegen te gaan. Spr.
kan zich volkomen vereenigen met het voorstel van zijn
partijgenoot Van Zweden.
De heer KLUFT protesteert tegen de uitlating van den
heer Oostvogels. Men heeft verschillende verenigings
lokalen waar sterke drank geschonken wordthet Kruisver
bond staat daar geheel buiten. Men moet zich te dien opzichte
op een ruim standpunt plaatsen. Iedere cent, aan drankbe
strijding gegeven, is wel besteed en komt ten gunste van
't algemeen. Wanneer men de ellende, het huiselijk leed in
oogenschouw neemt, dat door den drank wordt veroorzaakt
en men ziet de tooneelen, die zich tengevolge van het drank
misbruik in het bijzonder Zaterdags en Zondags in en om
de kroegen op den Haagdijk afspelen, dan zal ieder, van
welke richting ook, het er mede eens zijn, dat het werk
van het Kruisverbond aller hulde en steun verdient. Mochten