i88 24 APRIL 1922. initiatief zooveel mogelijk aanmoedigen en dit tot maatstaf nemen bij de bepaling van het subsidie-bedrag, dan doet men verkeerd als men uitsluitend de contributie als crite rium neemt. Het is toch van algemeene bekendheid, dat het heel moeilijk is leden voor een vereeniging te winnen, terwijl de menschen ten aanzien van een collecte of liefdadigheids uitvoering milder zijn gestemd. Spr. zou dan ook willen voorstellen, dat niet alleen de contributiën, maar ook de op brengst van collecten en uitvoeringen, alsmede andere vrij willige giften bij de bepaling van het subsidie-bedrag in aanmerking werden genomen. De heer HORNIX kan zich volkomen met het voorstel van den heer Cerutti vereenigen. Mevrouw NEVE-REINTJES wil het omgekeerde van hetgeen de heeren Cerutti en Hornix voorstaan, n.l. dat de gemeente in deze voorgaat en de particulieren volgen. Spr. zou dit willen bereiken door ieder der vereenigingen een vaste bijdrage van de gemeente ad f 1500,'sjaars als basis te verstrekken. De heer KLUFT is ook van meening, dat de gemeente in deze moet voorgaan. De particuliere steun aan deze ver eenigingen is steeds betrekkelijk te weinig geweest. Spr. is het volkomen eens met mevrouw N e v e, dat de gemeente een ruime subsidie dient te geven. De heer KORTEWEG is het opgevallen, dat, waar in de adressen geen bedragen worden genoemd, Burgemeester en Wethouders toch een voorstel doen. Spr. is het eens met de vorige sprekers dat niet alleen de contributie als maatstaf moet worden genomen hij zou 50 °/0 willen geven van alle particuliere bijdragen. Den heer SCHRAUWEN is het in principe eens met mevr. N e v e, doch nu Burgemeester en Wethouders voorstellen om 100 te geven van het bedrag aan contributiën kan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 188