302 30 JUNI 1922. amen, dat de getallen zoo bijzonder hoog zijn bij vergelij king met andere gemeenten zijn zij niet ongunstig. Zonder verdere bedenkingen wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders be sloten. 28. Schrijven van de Kamer van Koophandel en Fabrie ken te Breda, daarbij aanbiedende de rekening en verant woording van de door haar ontvangen gelden tot bestrijding van de uitgaven over het jaar 1921 en over het tijdvak I Januari 31 Maart 1922. 29. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende de rekeningen van het tijdelijk Trambedrijf over het dienstjaar 1921, vergezeld van de daarbij behoorende bescheiden. De VOORZITTER stelt voor, de rekeningen van de Kamer van Koophandel en Fabrieken en van het tijdelijk Trambedrijf ter fine van onderzoek en rapport te stellen in handen eener commissie van drie leden. Fliertoe besloten zijnde en op verlangen van den Raad, dat de Voorzitter deze commissieleden zal aanwijzen, worden door hem als zoodanig be noemd de heeren Oostvogels, Clement en Cohen. 30. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende de rekeningen van de Gasfabriek over 1921, vergezeld van de daarbij behoorende bescheiden. 31. Schrijven van Burgemeester ert Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende de rekeningen van het Electrici- teitsbedrijf over 1921, vergezeld van de daarbij behoorende bescheiden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 302