338 3i JULI 1922. 7°. de school aan de Nieuwehuizen in haar tegenwoor- digen vorm te behouden als een school met 7 leerjaren; 8°. aan de school aan de Middellaan geen eerste leerjaar toe te voegen, tenzij door meerdere aanmeldingen de noodzakelijkheid daarvan mocht blijken, en de leer lingen te verdeelen over 5 klasselokalen. De heer HORNIX wenscht enkele opmerkingen te maken. In de eerste plaats zegt spr. het te betreuren, dat men, gezien de resultaten van het uitgebreid onderzoek, dit niet reeds een paar jaar geleden heeft ingesteld, dan had men de dure school aan de Oude Vest kunnen besparen en ten tweede, dat hier niet voldoende wordt gedaan voor de licha melijke opvoeding van de schooljeugd. Spr. dringt aan op het alsnog invoeren van het gymnastiekonderwijs. De heer HAALMAN dankt Burgemeester en Wethouders, dat zij aan de wenschen der commissie van toezicht op het lager onderwijs zijn tegemoet gekomen, zoodat dit plan weinig afwijkt van dat der commissie. Spr. is er van overtuigd, dat het de volle instemming van de commissie heeft. Hij kan zich vereenigen met de opmerking van den heer H o r n i x betreffende het gymnastiekonderwijs en hoopt, dat het niet noodig zal zijn voor een tweede maal ontheffing van de verplichting tot het geven daarvan te vragen. Bijzonder aan genaam heeft spr. de opmerking der commissie van toezicht getroffen, dat, wanneer men het openbaar onderwijs zoo goed mogelijk maakt, het bijzonder onderwijs dan vanzelf moet volgen. De heer COHEN vraagt of het niet mogelijk zou zijn, de school aan de Kloosterlaan te ontruimen en haar onder te brengen b.v. in de Ginnekenstraat. De heer KORTEWEG zou de school aan de Nieuwe huizen willen ontruimen en onderbrengen aan de Middel laan en het vrijgekomen gebouw in gebruik geven aan de Onderwijsstichting „St. Marie" te Huijbergen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 338