342 3i JULI 1922. de teekening is aangegeven. Hij wil daarom voorstellen, de ontheffing wel te verleenen, mits in overleg wordt getreden met den directeur van openbare werken, opdat het gebouw voldoet aan de voorschriften. De heer CLEMENT heeft tot zijn groot genoegen verno men, dat de Gezondheidscommissie een bijzondere vergadering heeft uitgeschreven voor de behandeling van deze aanvraag. Spr. betuigt de commissie daarvoor zijn dank en spreekt de hoop uit, dat zij zulks meermalen zal doen. De heer LIJDSMAN kan zich niet vereenigen met het prae-advies. De toestand ter plaatse zal bij uitvoering van het plan in elk geval verbeteren. Spr. maakt daarom bezwaar tegen het advies der Gezondheidscommissie en heeft er niets tegen, de ontheffing te verleenen. De VOORZITTER verklaart, dat de meerderheid van het College van het standpunt is uitgegaan, dat men slechts bij noodzakelijkheid van de gestelde regels mag afwijken. Nu is er in deze van noodzakelijkheid absoluut geen spoor. Men wil op een bestaande kolenbergplaats een woning bouwen zonder waarborgen, dat de toestand daar beter zal worden. De meerderheid van Burgemeester en Wethouders is dan ook van meening, dat het verzoek moet worden afgewezen. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt daarop in stemming gebracht en verworpen met 19 stemmen tegen 1 stem. Tegen Mevrouw N e v e - R e i n t j e s en de heeren C e - r u 11 i, Haaiman, M e ij v i s, Van D ij k, Martens, Lijdsman, Hornix, Kluft, Loomans, Schrau- wen, Oostvogels, Van Zweden, Cohen, Bog- mans, Moll, Korte weg, Clement en Van Groe ne n d a e 1. Voor de heer F e b e r.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 342