3i JULI 1922. 349 werklieden in dienst der gemeente, die bij het inwerking treden van voornoemd werkliedenreglement in het genot waren van vier gewone verlofdagen per jaar met behoud van loon, in dit genot te laten". De heer LIJDSMAN kan den heer Haaiman de ver zekering geven, dat binnenkort in deze aangelegenheid zal worden voorzien. De heer HAALMAN vraagt of zijn motie als aangenomen kan worden beschouwd. De VOORZITTER antwoordt, clat zij vanzelf aan de orde komt als deze zaak behandeld wordt. De heer HAALMAN merkt op, dat de motie dan misschien als een aansporing kan worden beschouwd om de zaak spoedig te behandelen. Hiermede zijn de besprekingen over deze zaak geëindigd. Verslagen. 1. Door den heer OOST VOGELS wordt namens de commissie, belast met het onderzoek der rekening en verant woording van de Kamer van Koophandel en Fabrieken over 1921, alsmede over het tijdvak 1 Januari 192231 Maart d. a. v., en der rekening van het tijdelijk Trambedrijf over 1921, gerapporteerd, dat zij die rekeningen heelt onderzocht en accoord bevonden, weshalve zij adviseert gemelde reke ningen goed te keuren. 2. Door den heer KLUFT wordt namens de commissie, belast met het onderzoek der rekening van het R.K Oude- Vrouwenhuis over het jaar 1921, gerapporteerd, dat zij die rekening heeft nagezien en accoord bevonden, weshalve zij adviseert haar goed te keuren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 349