23 AUGUSTUS 1922. 37i c. de instructie voor de ambtenaren belast met de herkeuring van den vleeschkeuringsdienst. Wordt onveranderd goedgekeurd. d. de instructie voor den hulpkeurmeester van den vleesch keuringsdienst. Door den heer HAALMAN wordt voorgesteld om de eerste zinsnede van art. 2 te lezen als volgt Hij wordt benoemd, geschorst en ontslagen door den raad. De VOORZITTER geeft toe, dat de raad de benoeming aan zich kan behouden, doch dan zal hij, terwille van de consequentie, dit ook voor tal van andere gelijkwaardige betrekkingen moeten doen, waarvan thans de raad het benoemingsrecht aan Burgemeester en Wethouders heeft overgedragen. De heer HAALMAN is van de redeneering uitgegaan, dat vroeger de keurmeesters ook door den raad werden benoemd. Spreker acht het wel wenschelijk, dat de raad zich het benoemingsrecht voorbehoudt. Het is eene gewichtige betrekking, die niet vergeleken kan worden met die van klerk bij een of anderen tak van dienst. De VOORZITTER wijst erop, dat de keurmeesters vroeger een leidende functie vervulden. Thans is het een ondergeschikte betrekking. Bij den warenkeuringsdienst worden de keurmeesters ook door Burgemeester en Wet houders benoemd. De heer HAALMAN meent toch zijn amendement te moeten handhaven. Het amendement wordt niet voldoende onder steund en kan alzoo geen punt van behandeling uitmaken. Het artikel wordt hierop ongewijzigd goedgekeurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 371