23 AUGUSTUS 1922. 387
lijk niet opgeheven wordt. Voor de menschen, die heelemaal
niet kunnen werken, is wellicht op andere wijze daarin te
voorzien.
De heer OOSTVOGELS wenscht zijne tevredenheid er over
uit te spreken, dat thans door werkverschaffing in de behoefte
der werkloozen zal worden voorzien. Spreker heeft uit de
stukken gezien, dat menschen van 69 jaar nog in de steun
regeling zijn opgenomen. Voor dergelijke ouden van dagen
mag die regeling niet gelden.
De heer KLUFT vraagt, of het niet mogelijk is de regen
dagen uit te betalen aan de lichamelijk zwakken.
De heer BOGMANS dringt er ook op aan, om de regen
dagen uit te betalen.
De heer MOLL, de verschillende sprekers beantwoordende,
had meer critiek op deze voorstellen verwacht. De harde
woorden, hem door den heer M e ij v i s toegevoegd, zal
spreker stilzwijgend voorbijgaan.
Door den heer M e ij v i s is er op gewezen, dat er nog 10
transportarbeiders zijn, die werkloos zijn en onder de steun
regeling vallen. Dit is evenwel niet geheel juist. Die menschen
zijn wel ingeschreven als werkloozen, maar verrichten nu en
dan los werk
Er zijn er zelfs onder, die zoodoende nog f 40.per
week verdienen.
De werklooze sigarenmakers zullen verdwijnen, omdat
deze te werk gesteld worden voorde vervaardiging van senoritas-
Verder vallen nog enkelen onder de steunregeling, die
absoluut afgekeurd zijn voor de werkverschaffing. Voor der
gelijke invalide menschen kan de gemeente toch de steun
regeling niet in stand houden. Daar is de gemeente het
aangewezen instituut niet voor.
Onder degenen, die thans nog onder de steunregeling
vallen, zijn er 13 tusschen den leeftijd van 51 tot 69 jaar.