446 28 SEPTEMBER 1922. gebruiken mag, of hij moet bijbetalen. Ten slotte zegt spr van oordeel te zijn, dat men van water ruim gebruik moet kunnen maken het maximum-verbruik moet dus niet op 10, maar op 12 M3. worden gesteld De heer LIJDSMAN verwijst naar het advies van den Di recteur. De prijs is voldoende laag gesteld en de staat wijst uit, dat men aan 10 M8. per kwartaal genoeg heeft. Men moet niet uit het oog verliezen, dat, wanneer het maximum- verbruik op 12 M3. wordt gesteld, dit voor iedereen geldt, hetgeen een jaarlijksche schadepost beteekent van f 7000, Ook zal bij aanneming van een maximum van 12 M8. de abonnementsprijs onvermijdelijk verhoogd moeten worden en de prise d'eau misschien niet voldoende capaciteit bezitten. Spr. wijst op Eindhoven waar men f 1,25 per 5 M3. betaalt en dan dadelijk moet bijbetalen in vergelijk daarmede is de regeling hier veel voordeeliger. Hij besluit rnet de aanneming van alle amendementen te ontraden en dringt er op aan, de ontwerp-verordening ongewijzigd vast te stellen. Mevrouw NEVE-REINTJES merkt op, dat een maximum- verbruik van 10 M3. per kwartaal beslist niet voldoende is voor groote gezinnen. De heer COHEN verdedigt het amendement-M e ij v i s. Spr. acht een hoeveelheid van 20 M3. per kwartaal voor groote gezinnen zeker niet te veel. De heer BOGMANS wijst op de onbillijkheid, dat men in den zomer moet bijbetalen, hetgeen men meer verbruikt, terwijl men in den winter toch 10 M3. moet betalen al ver bruikt men minder. Spr. zal stemmen voor het amendement- Haaiman. De VOORZITTER zegt, dat er wel iets goeds zit in het denkbeeld om het water, dat men in den winter minder verbruikt te verrekenen met hetgeen gedurende de zomer kwartalen meer wordt verbruikt, doch men verkrijgt dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 446