460 28 SEPTEMBER 1922. v a n D ij k, Martens, van Zweden, M e ij v i s en Cohen. 40. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, verzoekende machtiging tot aankoop eener plantenkas ten dienste der beplantingen. De heer FEBER blijft het standpunt, dat hij in het college heeft ingenomen, handhaven hij vindt den aankoop eener nieuwe plantenkas niet noodzakelijk. Spr. is wel voor herstel van de oude serre en het aanschaffen van een nieuw verwarmingstoestel. De heer LOOMANS acht een nieuwe serre integendeel zeer noodig. De heer CERUTTI vraagt, welke kosten aan den aankoop verbonden zijn. De heer HORN1X zou ook gaarne meerdere gegevens omtrent den aankoop wenschen. De heer OOST VOGELS heeft vernomen, dat de serre reeds aangekocht isde Raad wordt dus voor een fait accompli gesteld. Spr. vraagt in dit verband, waarom Burgemeester en Wethouders niet eerder met hun voorstel gekomen zijn. De VOORZITTER ontkent ten stelligste, dat de plantenkas reeds aangekocht zou zijn. Spr. toont de noodzakelijkheid van het aanschaffen eener nieuwe serre nader aan. De tegenwoordige kas staat op invallen. Gaan wij thans niet tot aanschaffing over, dan worden wij in het voorjaar gesteld voor den aankoop van zeer veel bloemen en dan zal blijken, dat de zuinigheid de wijsheid heeft bedrogen. De kosten zullen f 3700.voor de kas bedragen. De heer FEBER merkt op, dat tijdens het directeurschap van den heer Waals alles zelf gekweekt is behalve vaste planten er zijn toen nooit bloemen aangekocht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 460