53»
29 NOVEMBER 1922.
met het oog op de benarde tijdsomstandigheden mag men
er z.i. thans nog niet toe besluiten. Nu heeft de Directeur
wel getracht aan te toonen, dat de zaak der gemeente eigen
lijk niets kost en het vleesch niet duurder zal worden, doch,
wat dit laatste betreft heeft spr. toch de overtuiging, dat
het heffen van keur- en slachtloonen een geschikt argument
voor de slagers zal zijn om de vleeschprijzen te verhoogen
en ten aanzien van het eerste verwijst spr. naar de beden
kingen van de Gedeputeerde Staten van Friesland tegen de
oprichting van een abattoir te Leeuwarden, die ook van het
standpunt uitgaan, dat de kosten van het slachthuis door de
gemeente-financiën gedragen moeten worden. Voorts zegt
spr., dat het bedrag van f 400.000, waarvoor de Directeur
hier een slachthuis denkt te kunnen oprichten, hem erg laag
voor komt. Te meer als het abattoir in den Belcrumpolder
komt, waarvan de exploitatie van dien polder onvermijdelijk
het gevolg zal zijn, een exploitatie, die op dit oogenblik zeer
zware kosten met zich mede zal brengen. Spr. acht het
daarom beter te wachten tot de annexatie haar beslag zal
hebben gekregen. Ook heeft de Directeur nog beweerd, dat
een abattoir het ontstaan van export-slachterijen zal bevor
deren. Men heeft gezien, dat de groentenveiling de groenten
voor de burgerij veel duurder heeft gemaaktspr. vreest, dat
hetzelfde met het vleesch zal gebeuren, wanneer hier export
slachterijen komen. Hij kan dan ook, gezien den benarden
financieelen toestand en de zware geldelijke offers, niet
besluiten zijn stem aan dit voorstel te geven. In de toelichting
op de ontwerp-begrooting voor 1923 zeggen Burgemeester
en Wethouders, dat zij zich bij het opmaken daarvan ten
volle rekenschap hebben gegeven van den ernst der tijden
en aan het slot doen zij een beroep op den Raad om ernstig
met hen samen te werken teneinde uitgaven, die niet strikt
noodzakelijk zijn, te vermijden. Spr. zou in dit verband het
College willen verzoeken zelf daarmee rekening te houden.
De heer HAALMAN stelt op den voorgrond, dat hij voor
stander is van de oprichting van een abattoir met koel-