29 NOVEMBER 1922 28. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot aan koop van een strookje grond achter de school aan de Houtmarkt, ter grootte van 80 M2., tegen den prijs van f 5,per M2, Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 29. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot toe kenning van een crediet ad f6500,ten behoeve van de verbouwing van de ambtswoning van den Directeur der Beplan tingen in het Valkenberg. De heer KLUFT zegt, dat toen dit verbouwingsplan in de bouwcommissie is behandeld de heer Korte weg en hij zich daartegen hebben verklaard. Toen de heer Van Koolwijk tot Directeur benoemd werd, wist hij toch welke woning hij kreeg. Spr. vindt, dat het niet aangaat, dat iemand, die nog moet toonen wat hij is, begint met zijn ambtswoning af te keuren. De VOORZITTER verzoekt den heer Kluft niet op deze, voor den heer van Koolwijk kwetsende, wijze voort te gaan. De heer KLUFT vindt in zijn woorden niets kwetsends liggen. Zijns inziens is het een groote fout geweest, dat men een Directeur en niet een opzichter der beplantingen benoemd heeft. De villa, welke thans als ambtswoning voor den Directeur is ontworpen, is niet in overeenstemming met het aan die functie verbonden salaris. Deze verbouwing brengt dus mede, dat dit salaris straks zal moeten worden verhoogd, ofschoon zij op zichzelf eigenlijk een salarisverhooging betee- kent. Spr. is er niet tegen, dat er iets aan de woning gedaan wordt, doch zoo weinig mogelijk. Met veel minder kosten is er ook wel iets van te maken de man behoeft toch niet in een villa te wonen. Spr. vraagt zich af, wat er zou moeten gebeuren, als de heer Van Koolwijk later eens een opvolger krijgt, die zoo'n groote woning bij zoo'n laag salaris niet wenscht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 551