29 DECEMBER 1922. betalen, worden alle andere aanslagen van gehuwden auto matisch van f 3.tot f 9.verhoogd. Resumeerende kom ik dan tot Overschot 1921 f 50.000. Overschot 1922 20.000. Meerdere opbrengst 1922 (door circulaire van den Minister) 30.000. f 100.000. Deze f 100.000.zag ik gaarne op de hiervoor door mij bedoelden post overgebrachtdan kon over 1923 de post Hoofdelijken Omslag nog met f 100.000.worden verminderd. Straks zal ik U, Mijnheer de Voorzitter, een daartoe strekkend voorstel overhandigen. Jammer is het, dat we niet hebben kunnen navolgen die gemeenten, die hun dure leeningen hebben geconverteerd. Ware dit voor ons ook mogelijk geweest, een bate voor de gemeentekas van f80.000.van nu tot 1926 zou daarvan het gevolg zijn geweest. Het is echter helaas niet zoo. Ik maak daarvan niemand een verwijt, maar constateer slechts het feit. Wel maak ik het College van Burgemeester en Wethouders een verwijt van stijfhoofdigheid inzake de belasting op het gebruik van openbaren gemeentegrond. Had men in het begin 1921 reeds genomen, wat de Raad bereid was toe te staan, dan had men daarvan alvast de baten kunnen hebben en over de verschilpunten zou altijd te praten zijn geweest. Maar >het College wilde alles of niets en het is geen overdrijving, wanneer ik thans beweer, dat sindsdien die stijfhoofdigheid der gemeente een slordige f 20.000.heeft gekost. Volg ik nu de nota verder op den voet, dan kom ik tot het schoolgeld, waarvoor zeer zeker een nieuwe regeling weldra den Raad dient te worden aangeboden. Door de belangrijke verlaging van het vrij te stellen inkomen van f 1200.op f 800.zal de opbrengst ook doordien de progressie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 709