712
29 DECEMBER 1922.
van f 100.000.— bij den post Hoofdelijken Omslag is door
het College beantwoord met de opmerking, dat een verge
lijking van de begrootingen een verschil van f 200.000.
doet zien. Dit is inderdaad juist, doch is toch niet precies
de juiste voorstelling van zaken. Waar het op aankomt is,
dat ten slotte bleek maar f 620.000.noodig te zijn en
wanneer nu de berekening aangeeft dat f 520.000.noodig
is, dan is dat voor mij een verschil van f 100.000.
Gekomen aan het einde der financiëele nota wensch ik
te herhalen, hetgeen door mij in de afdeelingen is gezegd,
n.l. dat wel eens mag worden geconstateerd, dat het beheer
dezer gemeente op het einde der vorige en in het begin
dezer eeuw niet heeft uitgeblonken door een wijs en voor
uitziend beleid. Vóór een veertiental jaren is het geleidelijk
beter geworden, maar nog dagelijks ondervinden wij de vele
en ook financiëele gevolgen en bovenal dient te worden
vastgesteld, dat het vooral dit college van Burgemeester en
Wethouders is geweest, dat zeer veel verbetering in de diverse
toestanden heeft gebracht en zij het dan, dat ik meer
malen heb gemeend in het waarachtig belang dezer gemeente
van meening te moeten verschillen met het College omtrent
het gevoerde beleid, ik stel er bijzonder prijs op te verklaren,
dat aan het einde dezer vierjarige periode dit College onder
leiding van onzen werkzamen voorzitter den dank van geheel
Breda zal hebben verdiend voor de wijze, waarop het deze
gemeente heeft bestuurd.
Alsnu, Mijnheer de Voorzitter, kom ik tot een ander punt.
Een punt, dat ik zoo juist al terloops heb aangeroerd, n.l.
de in den laatsten tijd voornamelijk van zekere zijde ge
voerde critiek op dezen Raad. Lang heb ik mij beraden of
het niet beter ware een en ander straal te negeeren en het
misschien te veel eer zou zijn bewezen aan deze lieden,
maar, Mijnheer de Voorzitter, ik heb gedacht, dat wanneer
zou worden gezwegen men allicht zou toepassen het bekende
spreekwoordQui se tait, consent. Daarom wil ik hier een
krachtig woord van protest laten hooren tegen de wijze,