752 29 DECEMBER 1922. De heer CERUTTI is van meening, dat die lijn toch geen raison heeft als zij niet tot Princenhage doorloopt. Breda heeft veel meer belang bij een communicatiemiddel met Princenhage. De VOORZITTER zal thans niet verder op die zaak in gaan. Spr. wil alleen nog zeggen, dat het voornemen bestaat om meer ritten in te voeren dan bij concessie vermoedelijk zouden worden gereden. De heer CERUTTI zou in overweging willen geven, de nieuwe lijn ook langs de Spoorstraat te laten loopen. De VOORZITTER Dat ligt ook in de bedoeling. De begrooting van het tijdelijk Trambedrijf wordt alsnu zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. f. Bank van Leening. De begrooting der Bank van Leening wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. g. Warenkeuringsdienst. In een der afdeelingen werd betoogd, dat door meerdere bakkers weinig aandacht wordt geschonken aan het „brood- besluit", vastgesteld bij Kon. Besluit van 25 April 1922, Staatsblad Nr. 221, uitgereikt aan de bakkers in November j.l., waarin bepaald is, dat een brood 8 ons moet wegen (480 gram droge stof.) Antwoord. Reeds uit het verspreiden van circulaires betreffende het „Broodbesluit" blijkt, dat door den directeur van dien dienst aan deze belangrijke zaak alle aandacht wordt besteed. De heer LOOMANS heeft met genoegen vernomen, dat door den Directeur aan deze zaak alle aandacht wordt be-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 752