760 29 DECEMBER 1922. Spreker vraagt naar het resultaat van het onderzoek, dat indertijd is ingesteld naar het wegraken van het geheime politierapport. Prijs zou worden gesteld op een definitieve verklaring van den Raadsvoorzitter inzake het aantal politie-ambtenaren bij den inval in de Sociëteit „Concordia". Enkele leden bespraken de mogelijkheid van vermindering van het aantal adjunct-inspecteurs met één. Betoogd werd de wenschelijkheid van een vrijen Zondag voor de hoofd agenten-controleur. Een ander lid sprak zijn afkeuring uit over het optreden der politie bij het constateeren van nachtarbeid door bak kers. Volgens spr. zijn drie beambten van politie in de maand Augustus des nachts over een drie-meter hooge schutting geklommen, hebben zich daarna begeven over een plaats om verder door een pakhuis heen door te dringen in de woning van een bakker, om zoodoende te kunnen constateeren dat hij te vroeg werkte, waarna proces-verbaai, volgde. Eenigen tijd tevoren zijn eenige politie-agenten geklommen op het dak van de bakkerij van den heer W e 1 t e n aan de Korte Boschstraat. Zij hebben het dakraam geopend en met hun sabels het gaas, dat voor de opening was gespannen, verwijderd, waarna zij zich over den zolder naar de bakkerij hebben begeven. Ook dit geschiedde in het holst van den nacht. Spreker vraagt of een dergelijk optreden geoorloofd is. Gevraagd werd door een derde lid, of men den tijd nog niet gekomen acht om ten opzichte van den agent Blaken- burg genade voor recht te laten gelden, door hem in zijn vroegere positie te herstellen. In een andere afdeeling spraken meerdere leden hun waardeering uit over het optreden der politie in het algemeen en constateerden, dat het instituut der verkeersagenten tot ieders tevredenheid werkt en de betrokken agenten hun dienst verrichten op een wijze, die boven alle critiek ver heven is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 760