8,8 20 MAART 1922. zou hij niet nagelaten hebben, mevrouw Neve te verzoeken ze terug te nemen, daar het niet aangaat iemand, die afwezig is en zich derhalve niet kan verdedigen, op die wijze in het debat te betrekken. Mevrouw NEVE-REINTJES zegt, dat die woorden haar wellicht ontvallen zijn, doch dat zij ze niet zoo kwaad be doeld heeft, spr. wil ze dan ook gaarne terugnemen. De VOORZITTER neemt daar met genoegen akte van. De heer FEBER zou gaarne nadere inlichtingen wenschen omtrent hetgeen door den heer Haaiman op blz. 740, 4den regel van boven, gezegd is ten aanzien van den ver menigvuldigingsfactor, en omtrent hetgeen door den heer Schrauwen op blz. 8io, 5dcn regel van onder verklaard is ten aanzien van de leeraarsbenoeming aan de Handels avondschool. De VOORZITTER wijst er den heer Feber op, dat dit thans niet aan de orde is en geeft deze in overweging daarop terug te komen bij de rondvraag. De heer FEBER behoudt zich voor daarop later terug te komen. Voorts wil spr. er de aandacht op vestigen, dat deze notulen een boekdeel vormen van 227 bladzijden, waarvan de kosten f 931,10 bedragen. Er worden 60 exemplaren gedrukt, zoodat 1 exemplaar f 15,52 kost. Per bladzijde druks is dat f 4,10. Van die 227 bladzijden worden er ruim 143 of wel 5159 regels ingenomen door de redevoeringen van den Voorzitter, de andere leden van het College en verschillende raadsleden de heer Haaiman eischt daarvan voor zich alleen 1656 regels of 46 bladzijden op, hetgeen de gemeente op een uitgaaf van f 188,60 komt te staan. Wanneer men daarbij nu in aanmerking neemt, dat het practisch resultaat van al dat gepraat is geweest, dat de post „Kosten voor het raadsverslag" met f 1,is verhoogd,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1922 | | pagina 88