16 MAART 1923. 117 de omstandigheden wel eenigszins gewijzigd zij-n, b.v. de christelijke bewaarschool aan de Nieuwstraat zal opgeheven worden. Ook zijn er tal van andersdenkenden, die niet weten waar zij met hunne kinderen heen moeten. De VOORZITTER zegt, dat wanneer dergelijke belangen zich in eenigen omvang voordoen, de gemeente geneigd kan zijn het geven van bewaarschoolonderwijs te overwegen, doch eerst zal men van meer tastbare belangstelling in deze aan gelegenheid blijk moeten geven dan tot dusver geschiedde. ."v y De heer MEIJVIS betreurt het, dat dit prae-advies zoo lang op zich heeft laten wachten. Spr. heeft den indruk gekregen, dat er niet eens gepoogd is, een onderzoek in deze in te stellen. Burgemeester en Wethouders zeggen, dat hun nimmer klachten ter zake hebben bereikt, doch bij de behan deling van tal van begrootingen is op het geven van open baar bewaarschoolonderwijs aangedrongen. De VOORZITTER: Alleen van U; de behoefte moet zich eerst meer in het algemeen voordoen. De heer COHEN Moet men dan altijd eerst adresseeren De VOORZITTER Men kan toch niet van ons vergen, dat wij eerst kostbare inrichtingen oprichten en dan maar wachten tot er iemand komt. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders be sloten. 21. Afwijzend prae-advies van Burgemeester en Wethou ders, op de subsidie-aanvraag van de Algemeene Nederl. Vereeniging „Het Groene Kruis". Mevrouw NEVE-REINTJES vraagt, hoe het zit met de subsidieering van de plaatselijke afdeeling van „Het Groene Kruis".

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 117