1 2 MEI 1923. 153 nvens chen. De artikelen 1 tot en met 7 worden zonder bedenkingen ongewijzigd vastgesteld. anten :n zal rijven eester het Bij de behandeling van artikel 8 komt het eerst in stem ming het amendement van den heer C e r u 11 i bij welk amendement de heer H 0 r n i x zich aansluit na intrekking van het zijne Dit amendement luidt aldusArtikel 8 wordt gelezen als volgt: „Het pensioen, waarop een gewezen wethouder volgens deze verordening aanspraak kan doen gelden, gaat in op den dag, waarop de belanghebbende zijn vijf en zestigste levensjaar bereikt." p een brief luide- 1. De heer FEBER verklaart, zijn stem aan dit amendement te zullen geven, om de eenvoudige reden, dat deze wijziging het ontwerp goedkooper maakt. ft van uilege Het amendement van den heer Cerutti wordt alsnu in stemming gebracht en verworpen met 13 tegen 5 stemmen. strijd m het Tegen stemden mevrouw N e v e-R e i n t j e s en de heeren Haaiman, Bogmans, Loom an s, Kluft, Moll, L ij d s m a n, V a n Z w e d e n, M e ij v i s, Cohen, Kor- te weg, Kooperberg en Schrauwen. 1 c.s. :thou- jracht eeren LI u ft, h e n, Kor Vóór waren de heeren Cerutti, Hornix, Van Dijk, Feber en Oostvogels. Artikel 8 van de ontwerp-verordening wordt in stemming gebracht en aangenomen met 11 tegen 7 stemmen. Vóór stemden mevrouw N e v e-R e i n t j e s en de heeren Haaiman, Bogmans, Loomans, Kluft, Moll, Lijdsman, Van Zweden, Me ij vis, Cohen en Schrauwen. re be- Tegen stemden de heeren Cerutti, Hornix, Van Dijk, Feber, Korteweg, Kooperberg en Oost vogels.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 153