2 MËI 1923.
b. in dato 21 Maart 1923, G. n°. 71, houdende goed
keuring van het raadsbesluit van 29 Januari j.l. tot
onderhandsche verhuring van de woning aan de
Prinsenkade n". 20
c. in dato 4 April 1923, G. n°. 30. houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 16 Maart j.l., tot onder
handsche verhuring van eene bergplaats op het terrein
der gemeente-reiniging en
d. in dato 4 April 1923, G. n°. 31, houdende goedkeuring
van het raadsbesluit van 16 Maart j.l., tot onder
handsche verhuring van een stuk grond onder Tete-
ringen.
4. Schrijven van de Gedeputeerde Staten voornoemd, dd.
ii April 1923, G. n°. 195, geleidende een afschrift van het
Koninklijk besluit van 24 Maart j.l. n°. 22, waarbij goedkeuring
is verleend aan de verordening tot heffing van schoolgeld
voor het gymnasium.
De VOORZITTER stelt voor, al deze stukken voor kennis
geving aan te nemen.
Daartoe wordt besloten.
5. Nota van aanmerkingen bij de Gedeputeerde Staten
van Noord-Brabant gevallen op de rekening der gemeente
over het dienstjaar 1921,
Bij deze nota is gevoegd een schrijven van Burgemeester
en Wethouders, geleidende een ontwerp-antwoord op de door
Gedeputeerde Staten gemaakte bemerkingen.
Zonder bedenking wordt gemeld ontwerp-antwoord
vastgesteld.
6. Proces-verbaal van de op 5 Maart j.l. gedane kasop-
neming bij den gemeente-ontvanger, waaruit blijkt, dat de
boeken en registers regelmatig zijn bijgehouden en in kas
bevonden was een bedrag van f 90249,63.