172
2 MEI 1923.
24. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
voorstellende de zekerheid voor den nieuwbenoemden boek
houder-kassier bij de lichtbedrijven en waterleiding, G. A.
M. Slinkert, evenals voor diens voorganger, vast te stellen
op f 10000.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
25. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om het
voor 1922 toegestane crediet voor uitbreiding van brand-
kranen, alsnog met f 370.te verhoogen.
De heer MEIJVIS vraagt, of dit crediet verband houdt
met de onlangs gebouwde noodwoningen.
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat dit niet uitslui
tend het geval is. Voor de noodwoningen zijn intusschen
bijzondere maatregelen genomen tegen brandgevaar.
Zonder bedenking wordt alsnu besloten de ge
vraagde verhooging toe te staan.
26. Voorstel van Burgemeester en Wethouders verge
zeld van adressen van verschillende middenstandsvereeni-
gingen tot verlaging van de electriciteitsprijzen en tot
machtiging van Burgemeester en Wethouders om telkens,
wanneer de omstandigheden daartoe aanleiding geven, tot
verlaging der electriciteitsprijzen over te gaan, zonder dat
daarvoor een afzonderlijk raadsbesluit vereischt wordt, luidende
als volgt
„In verband met de resultaten van het electriciteitsbedrijf
„en in overeenstemming met het gevoelen van de commissie
„voor de lichtbedrijven, hebben wij de eer U voor te stellen
„de electriciteitsprijzen te verlagen als volgt
ie. „den prijs volgens art 21 der verordening, thans voor
„licht bedragende 40 cent per K.W.U., te verlagen met 5
„cent en alzoo te brengen op 35 cent per K.W.U.
2e. „den prijs van stroom voor kracht en andere doeleinden,
„thans bedragende 25 cent per K.W.U., te verlagen
