6 JULI 1923.
265
toch al meer kasgeld noodig hebben dan de openbare en
stelt daarom voor, Bo°'0 te geven.
Het voorstel van den heer Kcrteweg wordt niet vol
doende ondersteund en kan derhalve geen punt van over
weging uitmaken.
Zonder verdere bedenkingen wordt daarop conform
het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de gemeente-begrooting, dienst 1922, in verband
met een bemerking van de Gedeputeerde Staten.
De heer HORNIX vraagt, wat de reden is geweest van
het feit, dat bij de vorige wijziging de uitgaven de inkom
sten niet dekten. Is dit een fout van de gemeente-secretarie,
zoo niet, hoe is die vergissing dan in het leven geroepen
is er misschien opzet in het spel
De VOORZITTER antwoordt, dat er natuurlijk geen
sprake is van opzethet is een omissie geweest.
De heer HORNIX noemt het een reuzenblunder, een be
grooting zóó in te dienen.
De VOORZITTER Als alle reuzenblunders zoo gemak
kelijk in orde te brengen zijn als deze, dan gaat het nogal.
De zaak is eenvoudig deze, dat men meende, dat het in
dit geval niet noodig was om de wijziging sluitend te maken.
Zonder verdere opmerkingen wordt dit voorstel
daarop aangenomen.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de rooilijn aan de Oranjeboomstraat.
Niemand der leden hiertegen eenige bedenking
hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten.