26 29 JANUARI 1923. „gemeente over te nemen en, met toepassing van artikel „129 der Gemeentewet, tot de onze te maken. „Dat de tegenwoordige toestand der begrenzing van Breda „niet beantwoordt aan redelijke eischen, is ons wel gebleken „uit de gevoerde briefwisseling en uit het onderzoek ter „plaatse ingesteld. „Wij zijn dan ook bereid, een nader door U in te dienen „voorstel tot regeling der grenzen van Breda in welwillende „overweging te nemen, wanneer daarbij rekening gehouden „werd met de volgende wenken i°. „De verlegging der grens in noordelijke richting zou „niet verder moeten gaan dan tot den Krogtdijk; 2°. „Aan de gemeente Tetcringen zou hare bestaansmo gelijkheid niet moeten worden ontnomen 3°. „De kom der gemeente Ginneken c.a. zou niet moeten „vallen binnen de nieuwe begrenzing 4°. „De kom der gemeente Princenhage zou eveneens „buiten de nieuwe begrenzing moeten vallen. „Deze wenken geven aan, hetgeen ons College in geen „geval kan toestaan, waaruit echter niet volgt, dat elk ander „plan, dat aan de bovenstaande wenken tegemoet komt, „door ons zal worden geaccepteerd". De VOORZITTER stelt voor, dit stuk voor kennisgeving aan te nemen. Dienovereenkomstig wordt besloten. 31. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, betref fende de verbouwing van de woning van den Directeur der Beplantingen, luidende als volgt „In Uwe vergadering van 23 December j.l. werd een „crediet toegestaan van f 4100,ten behoeve van de „verbouwing van de ambtswoning van den Directeur der „Beplantingen, volgens daarbij overlegd schetsplan. „Nadien is de wenschelijkheid gebleken, om in het plan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 26