274 6 JULI 1923. De heer HORNIXDan blijkt er toch nog uit, dat Breda te veel betaalt. De heer KLUFT vindt, dat de redeneering van den heer Korteweg niet opgaat. Indertijd vond de heer Korteweg een verpleegprijs van f 3,25 voor het Ignatiusgesticht te hoog en zeide hij, dat de gemeente de verpleging beter zelf ter hand kon nemen, terwijl hij nu uit eigen beweging aan het Diaconessenhuis een gelijk bedrag wil gaan betalen. De heer KORTEWEG verklaart er op te staan, dat de bewuste brief alsnog wordt geschreven. De VOORZITTER Het zal gebeuren, maar men moet er niet de conclusie uit trekken, dat men door dat schrijven eenigszins gebonden is. De beslissing in deze zaak wordt daarop tot een volgende vergadering aangehouden. 18. Nader voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vaststelling van den vermenigvuldigingsfactor voor de plaatselijke inkomstenbelasting voor het belastingjaar i923/'24, luidende als volgt „In onze nota van 28 Mei 1923 aan Uwen Raad, deelden „wij o.m. mede, dat zich, na het opmaken der begrooting „voor 1923, geen omstandigheden hebben voorgedaan, die „van invloed zijn op de grootte van het voor plaatselijke „inkomstenbelasting benoodigde bedrag van f 510,000, „Het is ons thans opnieuw gebleken, hoe gevaarlijk het „is, de grootte van den vermenigvuldigingsfactor te benaderen „vóór de rekening over het afgeloopen dienstjaar althans „in zooverre is afgesloten, dat men zich over de resultaten „daarvan een betrouwbaar oordeel kan vormen. En ook zelfs „dan nog blijft de schatting van het belastbaar inkomen, „nog steeds een wisselvallige factor vooral in den tegen- „woordigen tijd die de opbrengst der belasting geheel „beheerscht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 274