29 JANUARI 1923.
27
„eenige wijziging aan te brengen, waardoor echter het toe
gestane crediet niet zal worden overschreden.
„Met overlegging van dit nieuwe schetsplan hebben wij
„gemeend U met het vorenstaande in kennis te moeten
„stellen".
De heer FEBER zegt, dat het den Raad bekend zal zijn,
dat spr. met deze verbouwing niet accoord kan gaan. De
vorige maal zou het kantoor verbouwd worden met aan
brenging van een slaapkamer daarboven en verbetering van
de linkerzijde van het huis. Thans is er weer een geheel
ander plan. De linkerzijde wordt zoo gelaten, doch aan de
rechter-voorzijde zal een kamer, of beter gezegd twee kamers
met één toegang, worden gemaakt. Nu wordt er wel gezegd,
dat de Directeur er zijn leven in moet slijten, dit is juist,
doch een opvolger van hem met een beperkt inkomen, zal
een dergelijk huis niet kunnen bewonen. Daarom is spreker
van meening, dat de woning nu verknoeid wordt. De goede
verbeteringen blijven achterwege. Wellicht wordt een volgend
jaar nog eens voorgesteld om de andere wijzigingen aan te
brengen. Op deze manier wordt het een duur pand voor de
gemeente.
De VOORZITTER merkt op, dat dit plan geheel blijft
binnen de perken der begrooting. Alleen is getracht na de
door den Raad genomen beslissing beide partijen te bevredi
gen. Uiteraard stelt de Directeur er prijs op, dat de kamers
zooveel mogelijk op het Valkenberg uitzien. Aan den ande
ren kant heeft de Directeur verschillende eischen voor ver
anderingen binnenshuis laten vervallen. Mochten de twee
ineenloopende kamers voor zijn opvolger te groot zijn, dan
kan hiervan zeer gemakkelijk een der vertrekken buiten
gebruik worden gesteld.
De heer OOSTVOGELS is het in hoofdzaak eens met
den heer F e b e r. Zooals het in den volksmond heet, heeft
de Directeur een tapijt, dat, indien hij niet één groote kamer