380 24 AUGUSTUS 1923. „op te nemen onder de eerste werken, waarmede de exploi tatie van den polder zal worden aangevangen. Dat daarmede „de indeeling van den polder ook voor zijn thans niet direct „beoogde exploitatie wordt vastgelegd, kan een groot voordeel „zijn, wijl verkoop van gronden er door wordt mogelijk ge- maakt met het gevolg, dat de schuld, waarmede de exploi tatie de gemeente in den eersten tijd belast, aanmerkelijk „kan worden verlicht. „Alvorens het exploitatieplan nader toe te lichten moge „nog een enkel woord worden geschreven over de opneming „in het plan van het slachthuis en van de veemarkt en voorts „over de vraag, of de ligging van de terreinen buiten onze „grens van dit voorstel had moeten doen afzien. „Ten aanzien van een openbaar slachthuis heeft de Raad „zich in beginsel tot oprichting bereid verklaarddaarbij „heeft ongetwijfeld de gedachte voorgezeten, dat het in den „Belcrumpolder eene plaats zou vinden. Daargelaten, of elders „een plaats ware aan te wijzen, moest de polder, wegens de „gemakken van spoor, tram en water, voor dat doel buiten gemeen geschikt worden geacht. De op het plan gereser veerde ruimte voldoet zeer aan de eischen, die van ter zake „kundige zijden worden gesteld. „Wel is over het vestigen van eene veemarkt nog geener- „lei besluit genomen, doch het Uwen Raad medegedeelde „advies van eene bij uitstek deskundige commissie en de „wijze, waarop dit advies over het algemeen is ontvangen, „nopen ons voor dit doel in het plan eene plaats in te rui- „men, die mocht er tegen de opvolging van het advies „bezwaar worden gemaakt op andere wijze nuttig zal zijn „te gebruiken. „Wat ten slotte de ligging van de terreinen buiten onze „gemeentegrenzen aangaat, is het aan geen twijfel onder hevig of hieruit kunnen moeilijkheden van allerlei aard „voortspruiten. Deze echter kunnen niet van zoodanigen aard „zijn, dat van een in exploitatie brengen van den Belcrum- „polder moet worden afgezien. Toen deze werd aangekocht,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 380