4H
24 AUGUSTUS 1923.
„o.m. besloten, de leerlingen van de toenmalige (kostelooze)
„openbare school aan de Kloosterlaan over te brengen naar
„de school aan de Ginnekenstraat en op deze school geene
„nieuwe leerlingen meer toe te laten.
„Het is thans gebleken, dat het aantal leerlingen dezer
„school gestadig vermindert en de thans daarop nog aan-
„wezige leerlingen gevoeglijk over de andere openbare scholen
„in deze gemeente kunnen worden verdeeld, zonder dat zulks
„met vermeerdering van leerkrachten behoeft gepaard te
„gaan.
„Wij hebben de eer U derhalve voor te stellen, gemelde
„school met ingang van 1 September a.s. op te heffen, met
„welk voorstel het plaatselijk schooltoezicht zich heeft
„vereenigd,
„Indien Uw Raad zijn goedkeuring hecht aan dit voorstel,
„zal het noodig zijn, dat eene regeling worde getroffen met
„betrekking tot de beide aan deze school nog verbonden vaste
„leerkrachten, n 1. de heeren J. W. Krul, tijdelijk hoofd
„en L. J. A. Derks, onderwijzer.
„Den heer Krul zouden wij als onderwijzer willen over
plaatsen naar de openbare school aan de Keizerstraat en
„den heer Derks naar die aan de Middellaan, waardoor
„aan beide scholen eene tijdelijke leerkracht kan worden gemist.
„De beide handwerkonderwijzeressen aan gemelde school,
„mej. H. J. C. Mol en mej. J. J. M. Soeters, zullen
„wegens opheffing der school eervol behooren te worden
„ontslagen.
„In hoever deze onderwijzeressen overeenkomstig de bepa
lingen der Pensioenwet voor wachtgeld of voor pensioen in
„aanmerking kunnen komen, zal door ons nader onder de
„oogen worden gezien.
„De reserve-onderwijzeres mej. E. J. C. van D ij c k doet
„reeds geruimen tijd, wegens eene bestaande vacature, dienst
„aan de openbare school aan de Nieuwehuizen.
„Met het oog op het aan die school te geven handwerk-
onderwijs is het wenschelijk, dat daaraan nog eene vrouwelijke
