4i6 24 AUGUSTUS 1923. „van Breda de samenstelling daarvan op te dragen, had „instemming van de geheele vergadering. Breda en de niet bebouwde omgeving bieden ongetwijfeld „de mogelijkheid, dat een doeltreffend en fraai bebouwings- „plan voor een complex van beteekenis wordt verkregen, „mits daarbij van één gedachte wordt uitgegaan. Een stel- „sellooze bebouwing daarentegen zal misstanden doen „ontstaan, die geen der gemeentebesturen onverschillig „kunnen laten. Voorbeelden daarvan zijn trouwens treuriger- wijze reeds thans in te groote mate aan te wijzen. „De voorbereiding om tot een algemeen uitbreidingsplan „te komen, heeft thans een zoodanig karakter gekregen, dat „wij het gewenscht oordeelen, het noodige crediet daarvoor „aan te vragen. „Onderhandelingen met de ons omringende gemeente besturen hebben ons den steun hunnerzijds nader verzekerd. „De kosten worden geraamd op f 12000,-. „Hoewel het uitbreidingsplan buiten Breda gelegen gron- „den zal betreffen, is het naar ons oordeel voor deze „gemeente, wegens de verhouding van haar situatie tot de „andere gemeenten, van zoodanig belang, dat de helft der „kosten voor rekening van Breda ware te nemen. „Teneinde de noodige opdrachten te kunnen verstrekken, „verzoeken wij U ons het vereischte crediet van f 6000, „te willen toekennen." De heer HAALMAN vraagt, of Burgemeester en Wethou ders, indien hun de uitvoering zal worden overgelaten, van plan zijn den Raad daarin te kennen. De heer CERUTTI vindt de kosten ad f 12000,erg hoog. Spr. vraagt, of niet uit een bezuinigingsoogpunt het ont werpen van het plan aan den Directeur van Openbare Werken zou kunnen worden opgedragen. De heer KORTEWEG zou het zeer verkeerd vinden als de Directeur van Openbare Werken niet met het ontwerp

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 416