455
24 AUGUSTUS 1923.
deze zaal zullen nopen, geven hem volkomen recht op de
algemeene sympathie van de zijde der gemeentenaren, welke
in het voorjaar zoozeer aan het licht trad. In het wethou-
derlijk college zal zijn ervaring worden gemist, doch zijn
herinnering zal er Ue bijdragen de vele aangelegenheden te
blijven behandelen met toewijding en ernst en in een geest
van onderlinge waardeering, waarvan hij steeds deed blijken.
Ik eindig met U, heer L ij d s m a n, en de andere heeren
onze beste wenschen bij dit afscheid mede te geven.
De heer LIJ DSM AN betuigt den vorigen spr. zijn dank
voor diens hartelijke woorden. Of spr. geheel heeft beant
woord aan hetgeen door den Voorzitter is gezegd,
meent hij te moeten betwijfelen. Mocht zulks echter inder
daad het geval zijn, dan heeft spr. dit te danken aan de
aangename samenwerking, welke hij steeds van zijne mede
leden, zoowel in het College van Burgemeester en Wethou
ders als in den Raad, heeft mogen ondervinden. Spr. dankt
hen allen voor hun steun en medewerking, welke aangename
herinneringen bij hem achterlaten; het valt daarom des te meer
te betreuren, dat deze namiddag hierop een uitzondering maakt.
Spr. ziet echter met genoegen terug op de afgeloopen
jaren, omdat hij van alle ambtenaren der gemeente steeds
de meest mogelijke medewerking mocht genieten en betuigt
op de eerste plaats zijn dank aan den heer Gemeente-Secre
taris voor de welwillendheid, waarmede deze hem heeft ter
zijde gestaan, zoo mede aan de heeren Van Son,
W estrik en Bouwmeester, die hem steeds ter wille
waren en met wie hij prettig heeft samengewerkt.
Spr. verlaat den Raad met de bede, dat deze onder Gods
zegen en onder leiding van zijn eminenten Voorzitter
nog vele jaren werkzaam moge zijn in het belang van de
Gemeente Breda, welke aan zijn goede zorgen is toevertrouwd
en eindigt met zich bij voorbaat aan te bevelen in de vriend
schap van al zijne medeleden.
Daarop sluit de VOORZITTER de vergadering.
De Secretaris, t De Voorzitter,