52
29 JANUARI 1923.
Het voorstel tot invoering van de 48-urige werk
week wordt met de daarvoor vereischte wijzigingen
in het werklieden-reglement en in de daarbij behoo-
rende bijzonderë voorschriften in stemming gebracht
en aangenomen met 15 tegen 4 stemmen.
Vóór stemden de heeren V a n D ij k, Korte weg, Kluft,
Feber, Lijdsman, Schrauwen, Cerutti, Oost
vogels, Bogmans, Moll, Van Groenendael,
Hornix, Clement, Loomans en Haaiman.
Tegen waren mevrouw N e v e-R e i n t j e s en de heeren
Van Zweden, Me ij vis en Cohen.
Afschaffing van den vacantie-toeslag.
Alvorens zijn stem voor de wijziging van artikel 28 van
het werklieden-reglement uit te brengen, wenscht de heer
CERUTTI eerst in principe te zien uitgemaakt, of de Raad
zich vereenigt met het voorstel om de niet meer verplichte
feestdagen uit art. 22 van voornoemd reglement te schrappen.
De VOORZITTER zegt, dat voor het verkrijgen van deze
uitspraak het voorstel van den heer Haaiman kan dienen,
wanneer dit omgezet wordt in een motie. Spr. maakt echter
het voorbehoud, dat nog onderzocht zal worden of de zaak
theologisch in orde is. Er kan dus thans slechts beslist
worden of de Raad in principe bereid zal zijn, de vervallen
feestdagen af te schaffen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt in principe
hiertoe besloten.
Het voorstel tot afschaffing van den vacantie-
toeslag en tot aanbrenging van de daarmede in
verband staande wijzigingen van het werklieden
reglement wordt alsnu in stemming gebracht en
verworpen met 17 tegen 2 stemmen.