F I 56 29 JANUARI 1923. De VOORZITTER zegt, dat dit de eerste maal is, in de 4 jaren, gedurende welke spr. in deze ordelijke stad woont, dat de politie tegen de burgerij aldus zou zijn opgetreden. Spr. heeft bereids een onderzoek opgedragen en de quaestie zal aan spreker zeer precies worden gerapporteerd. Spr. kan thans niet op den uitslag van dit onderzoek vooruitloopen. De heer HORNIX heeft van alle kanten afkeuringen ver nomen over het optreden van de politie bij deze gelegen heid. De eenige, die zulks niet deed, was toevallig een fabri kant van doodkisten. Alsnu sluit de VOORZITTER de vergadering. De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 56