3 DECEMBER 1923. 627 Verslagen. Door den heer APPELBOOM wordt, namens de commissie belast met het onderzoek van de begrooting van het Oude- Mannenhuis voor het jaar 1924, gerapporteerd, dat zij die begrooting heeft onderzocht en daarop geen bemerkingen heeft, weshalve zij voorstelt gemelde begrooting goed te keuren. De heer CERUTTI herinnert er aan, dat eenige jaren geleden door den Raad is besloten het College van regenten in kennis te stellen met den wensch van de toenmalige commissie tot onderzoek der begrooting van het Oude-Man- nenhuis, om in de zaal, welke den bewoners tot gemeen schappelijk huisvertrek dient, één of meer portefeuilles met verschillende illustraties en plaatselijke bladen ter lezing neder te leggen. Daar spr. echter nog geen post voor lectuur op deze begrooting heeft aangetroffen, geeft hij in over weging, alsnog de aandacht van het College van Regenten daarop te vestigen. De VOORZITTER dankt de commissie voor het gehouden onderzoek en het uitgebracht rapport en stelt voor, over eenkomstig de conclusie daarvan, de onderwerpelijke begroo- ting goed te keuren en het College van regenten met de door den heer C e r u 11 i gemaakte opmerking in kennis te stellen. Dienovereenkomstig wordt besloten. De VOORZITTER merkt op, dat thans het woord zal moeten worden gegeven aan den heer Van Luijtelaar voor het houden van zijn bij het begin dezer vergadering aangekondigde interpellatie. Spr. geeft den heer Van Lu ij- t e 1 a a r echter nogmaals in overweging, zijn interpellatie schriftelijk in te dienen en de behandeling ervan uit te stellen tot de begrootingsdebatten, waarbij zich vanzelf de gelegen heid zal voordoen critiek op het beleid van Burgemeester en Wethouders uit te oefenen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 627