ii DECEMBER 1923. De VOORZITTER verklaart, het volkomen eens te zijn met den heer C e r u 11 i, doch uit hoffelijkheid tegenover de voorstellers, heeft spr. geen bezwaar willen maken tegen een afzonderlijke behandeling. De heer CERUTTI doet het voorstel, om de beide onder de punten 7 en 8 op deze agenda voorkomende voorstellen tegelijktijdig met de begrooting voor het dienstjaar 1924 te behandelen. Het voorstel van den heer C e r u 11 i wordt daarop in stemming gebracht en aangenomen met 12 tegen 6 stemmen. Voor: mevrouw Neve-Reintjes en de heeren Hor- n i x, Pel ster, Van L u ij t e 1 a a r, M e ij v i s, Moll, Cohen, Loomans, Kluft, Van Groenendael, C e r u 11 i en Schrauwen. Tegen: de heeren Korteweg, Haaiman, Van Sasse van Ysselt, Speyart van Woerden, Bogmans en Z ij 1 m a n s. De heeren Appelboom, E 1 i c h en F e b e r waren bij deze stemming niet tegenwoordig. De VOORZITTER deelt mede, dat Burgemeester en Wet houders dus zullen wachten met hun meening over deze voorstellen kenbaar te maken tot bij de begrooting. I De heer BOGMANS had een amendement willen indienen. De VOORZITTER Dat kunt u dan ook bij de behan deling van de begrooting doen. 9. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van den oud-wethouder J. Lij ds man, om toeken ning van pensioen, waarin wordt voorgesteld den heer L ij d s m a n een jaarlijksch pensioen toe, te kennen van f 1087,50, ingaande 4 September 1923.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 645