ti DECEMBER 1923. 649 „van pensioenen betreffen, voor het geval het rijkspensioen „lager was dan het pensioen krachtens de vroeger hier be staande verordeningen (nieuwe komen na de wet van 1922 „niet meer voor). „De sub h vermelde uitgaven behoeven geen toelichting. „Deze verhoogingen zijn toegekend op voetspoor van een „gelijke regeling voor de rijksambtenaren. Alleen profiteeren „hiervan de ambtenaren vóór of omstreeks 1920 gepension- „neerd. „Uit dit overzicht moge U blijken, dat alleen de sub b „genoemde bijdrage eene voor alle jaren terugkeerende is. „De andere uitgaven nemen na korten of langeren tijd een „einde, waardoor de totale kosten mettertijd tot rond „f 120,000 zullen dalen, terwijl door inkrimping van los „personeel een verdere daling niet onmogelijk is. „De inkomsten van het fonds (rente van kapitaal enz.) „zijn verwaarloosd deze dienen ter afronding en tot betaling „van kleine uitgaven (administratiekosten), zoodat zal moeten „worden bijgedragen door „<7. Gasfabriek 204 X 177 is f 36108,of afgerond f 36100, „b. Waterleiding 33 X 177 is f 5841,of afgerond f 5840, „c. Electr. bedrijf 33 X l77 is f 5841,of afgerond f 5840, Trambedrijf 24 X 177 is f 4248,of afgerond f 4250, „c. Warenk. dienst 27XI77tsf 4779,of afgerond f 4780, Vleeschk. dienst 13 X 177 is f 2301,of afgerond f 2300, ,g. Algem. dienst 666 X 177 is f 117882,- of afgerond f117890, Totaal f 177000, „Daarentegen komen den algemeenen dienst ten goede „de pensioensbijdragen over 1923 van de leeraren van „onderstaande onderwijsinrichtingen (deze cijfers zijn eenigs- „zins geschat) „Ambachtsschool f 4630,59'/2 „Avondschool voor ambachtslieden 1150,041/2 „Handelsavondschool 728,96 „Gymnasium f 2375,16t/2 Totaal f 8884,7ó1/3

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 649