•650 n DECEMBER 1923. „of afgerond f 8890,zoodat de bijdrage van de gemeente „(alg. dienst) nader kan worden gesteld op f 117890 „f 8890 f j09000, „Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen, de ver schillende bedragen vast te stellen als volgt a. Algemeene dienst f I09000, b. Gasfabriek 36100,— c. Waterleiding 5840,— d. Electriciteitsbedrijf 5840,— e. Trambedrijf 4250 f- Warenkeuringsdienst 4780,— g- Vleeschkeuringsdienst 2300,— De heer HAALMAN brengt in herinnering, dat het Col lege bij een vorige gelegenheid naar aanleiding van een zijnerzijds gedaan verzoek heeft verklaard in overweging te zullen nemen, of het gemeentelijk pensioenfonds niet op een andere, betere leest ware te schoeien. Spr. verzoekt thans, niet te lang daarmede te wachten. De VOORZITTER antwoordt, dat Burgemeester en Wet houders ten deze diligent zijn. De heer KORTEWEG vraagt, naar aanleiding van den sub b vermelden post, of door de gemeente doorloopend telken jare f 120.000,zal moeten worden gestort. De heer FEBER antwoordt, dat, als de grondslag der bijdragen niet verandert, dit inderdaad de som blijft, welke de gemeente jaarlijks moet storten. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethoudbrs besloten. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om het Stationsplein en de Willemstraat te doen verharden met comprimed asphalt-blocs op beton-onderlaag en de vrijko mende keien te bestemmen voor verbetering der bestratingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1923 | | pagina 650