1004
22 DECEMBER 1924.
heeft eer de kwestie van de verpleegkosten geregeld wordt,
die instelling eenverhoogde vergoeding met terugwerkende
kracht toe te kennen.
De heer MOLL, onder wien de geneeskundige dienst nog
slechts enkele weken ressorteert, deelt mede, in de nalaten
schap van zijn voorganger, den heer Feb er, een concept
overeenkomst met het Diaconessenhuis te hebben gevonden,
waarin een vergoeding van f 2.50 per dag wordt bedongen.
Bij den heer Feb er is herhaalde malen aangedrongen op
een spoedige afdoening van deze kwestie, doch de heer
Feber heeft daarop steeds geantwoord, dat zij niet opgelost
kon worden, zoolang de reorganisatie van den geneeskundigen
dienst niet was tot stand gekomen. De schuld, dat de zaak
zoo lang traineerde, ligt dus niet bij Spr.hij zal haar zoo
spoedig mogelijk afwikkelen.
Voorts zegt Spr. te gelooven, dat de heer Kooperberg
één ding vergeet, n. 1., dat het St. Ignatius-ziekenhuis is
gebouwd in den duursten tijd, derhalve zijn de exploitatie
kosten ervan belangrijk hooger dan van het Diaconessenhuis.
De bouwkosten van het St. Ignatius-ziekenhuis hebben
bedragen ruim 2 millioen gulden.
Dit bedrag vraagt aan interest tegen een rentevoet van
6 zooals geleend werd van de R. V. B., de som van
f 150.000.per jaar.
Hiervoor zijn gesticht 200 bedden; kosten per bed be
dragen dus jaarlijks f 750. Ieder bed moet dus per dag
opbrengen f 750.— 365 ruim f 2.—.
Deze berekening gaat alleen dan op, wanneer alle 200
bedden bezet zouden zijn. In het jaar 1923 bedroeg het
totaal aantal verpleegdagen 33773; verdeeld over 365 dagen
geeft dit een gemiddelde van iets minder dan 100 bezette
bedden per dag, waardoor dus al vanzelf een nadeelig saldo
van 100 X f 2,f 200..per dag ten nadeele van de
onderneming komt.
Het personeel van het St. Ignatius-ziekenhuis bedraagt 80