22 DECEMBER 1924.
1007
De heer COHEN is den heer Moll zeer dankbaar voor
diens uiteenzetting. Spr. kan zich thans volkomen bij het
voorstel van Burgemeester en Wethouders neerleggen.
De heer ZIJLMANS wijst er op, dat tegenover het feit,
dat het Sint Ignatius-ziekenhuis in den duursten tijd is ge
bouwd, staat, dat het Diaconessenhuis ook in den duursten
tijd verbouwd heeft. Spr. steunt het denkbeeld, door den
heer Kluft naar voren gebracht, n. 1. om het Diaconessenhuis
verhooging van den verpleegprijs met terugwerkende kracht
toe te kennen, opdat het op gelijken voet komt met het St.
Ignatius-ziekenhuis. Men heeft daarbij rekening te houden
met het feit, dat het niet de schuld van het Diaconessenhuis
is, dat de zaak zoo lang traineert.
Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu besloten,
Burgemeester en Wethouders de gevraagde machti
ging te verleenen.
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om zich
in rechten te verweren tegen een door de firma Kloos
tegen de gemeente ingestelde rechtsvordering.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit punt van de
agenda is afgevoerd.
23. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vast
stelling van de bijdrage over 1924 aan het gemeentelijk
pensioenfonds, luidende als volgt
„Evenals voor het jaar 1923 (zie gedrukte notulen 1923
„blz. 647 e. v.) zal ook thans weer voor 1924 moeten wor-
„den vastgesteld de verplichte bijdragen der verschillende
„bedrijven en van den algemeenen dienst ten behoeve van
„het gemeentelijk pensioenfonds.
„Ter vaststelling van genoemde verplichte bijdragen moge
„onderstaand overzicht dienen