22 FEBRUARI 1924. 113 andere en nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde ingericht of gebruikt; e. dat, ter voldoening aan art. 5 der Woning wet, een teekening, ingericht volgens art. 105 der Bouwverordening, aan Burgemeester en Wethouders ter goedkeuring worde aange boden dat, wanneer binnen zes maanden na de dag- teekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze ge acht wordt niet te zijn verleend en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van een dezer voorwaarden de verleende uitzon dering vervalt. 36. Adres van A. J. Verhagen alhier, daarbij ont heffing verzoekende van art. 15 der Bouwverordening, ten behoeve van de uitbreiding zijner slachtplaats met boven woning op de perceelen aan de Fellenoordstraat nos. 2, 4 en 6. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond heidscommissie en den Adjunct-directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet houders om de gevraagde uitzondering toe te staan. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde ontheffing toe te staan onder de volgende voorwaarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel; b. dat op de geheele open ruimte, op de teekening aangegeven, niets worde gebouwd of opgericht c. dat de gebouwen niet van bestemming ver anderen en de benedenverdieping nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde in gericht of gebruikt;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 113