140 27 MAART 1924. „bij vooruitbetaling vóór 1 Januari te voldoen, voor „de eerste maal vóór 1 Mei 1924." De heer PELSTER wijst er op, dat in de sub 3 genoemde voorwaarde voorkomen de woorden,,a/s erkenning van eigendomsrecht Spr. vindt die benaming onjuist en stelt voor, die woorden te schrappen. De heer KORTEWEG kan zich vereenigen met het voor stel van Burgemeester en Wethouders, voor zoover het de vergunning tot het plaatsen der ramen betreft, echter niet met het bedrag der recognitie. Spr. vindt f 1 veel te weinig het is iets voor niemendal weggeven. En dat, terwijl het pand door het aanbrengen van die ramen reusachtig in waarde stijgt. Spr. stelt voor, aan den heer Vos te vragen, wat hem deze vergunning waard is. De heer CERUTTI wijst er op, dat de eigenaren van erven, die het recht van uitgang hebben in het Valkenberg, daarvoor een jaarlijksche recognitie van slechts f 0.25 betalen. Dat is nog heel wat anders De VOORZITTER kan zich met de opmerking van den heer Kor te weg allerminst vereenigen. Het licht, dat de heer Vos door het aanbrengen van die ramen krijgt, maakt de gemeente toch niet! Ook lijdt deze er geen schade door en doet zij van niets afstand. Eer zal een fraaiere toestand ontstaan. Spr. acht het niet met het hooge standpunt, het welk de Raad inneemt, overeen te brengen om aan den heer Vos te gaan vragen, wat deze voor het verkrijgen der vergunning over heeft. De heer KORTEWEG: Dan stel ik voor, den heer Vos f 100.huur te laten betalen. De heer PELSTER wil er even op wijzen, dat de heer Vos voor het aanbrengen van getraliede ramen ter hoogte

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 140