27 MAART 1924. 141 van 2 M. boven den beganen grond niet eens de bijzondere vergunning van de gemeente noodig heeft. De heer VAN SASSE VAN YSSELT gaat met het voorstel van den heer Korteweg accoord, mits deze het woord „huur" verandert in „recognitie". Daar het voorstel van den heer Korteweg echter niet voldoende wordt ondersteund, kan het geen punt van bespreking uitmaken. De heer ELICH brengt Burgemeester en Wethouders hulde voor de spoedige afdoening van dit adres. Spr. betreurt het echter, dat er nog geen prae-advies is uitgebracht over het adres der R. K. Vereeniging „Woonwagenliefdewerk." De VOORZITTER zegt, dat men op die manier aan elk punt van de agenda wel tien andere punten kan vastknoopen. Spr. wil nu echter ook even buiten de orde gaan en den heer Elich antwoorden, dat nader verzochte inlichtingen omtrent het adres nog zeer kort in het bezit zijn van Bur gemeester en Wethouders; het adres heeft aanleiding ge geven tot eenige correspondentie. De heer VAN LUIJTELAAR vraagt, of de hooge boomen, welke aan den ingang van het Valkenberg staan, in verband met het verleenen van deze vergunning zullen worden gerooid. De VOORZITTER antwoordt, dat er rekening zal worden gehouden met de eischen der aesthetica; een nieuw arran gement ter plaatse is noodzakelijk. De heer BOGMANS vraagt, of de aan te brengen wij ziging niet belemmerend zal kunnen werken op het verkeer Spr. vreest n.l., dat er bij het geven van concerten menschen zullen zijn, die blijven staan luisteren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 141