148
27 MAART 1924.
De VOORZITTER zegt, dat er tegen gewaakt zal wor
den, dat losse arbeiders in dien tusschentijd aan de lijn
werken. De gewone onderhoudswerken zullen evenwel voort
gang hebben.
De heer HORNIX trekt na deze toezegging zijn voorstel in.
21. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wij
ziging van de verordening op de heffing van leges.
De heer CERUTTI zegt, dat, als dit voorstel een uitvloeisel
is van de door hem onlangs gemaakte opmerkingen over
het verstrekken van inlichtingen betreffende den Burgerlijken
Stand aan de plaatselijke bladen, hij Burgemeester en Wet
houders dankt voor de spoedige tegemoetkoming aan zijn
verzoek.
Zonder verdere opmerkingen worden de voorge
stelde wijzigingen onveranderd goedgekeurd en vast
gesteld.
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot rege
ling der afvloeiing van eenig personeel van de Gasfabriek.
De VOORZITTER stelt voor, dit punt van de agenda
af te voeren.
Daartoe wordt besloten.
23. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, in zake
opheffing van de Bank van Leening, luidende als volgt:
„In Uwe vergadering van 11 December 1922 werd, over-
„eenkomstig ons voorstel, bepaald, dat in de gemeentelijke
„Bank van Leening te rekenen van 1 Januari 1923 geene
„nieuwe panden meer zouden worden aangenomen of be
staande leeningen worden vernieuwd en dat aan den